top of page

#1 Zweedse Handelswaren

Foto van schrijver: JoksieJoksie

Bijgewerkt op: 4 dec 2021

Ik lig languit in de sneeuw naast een huisje bij een meer en heb vreselijke honger. Ik ben in Zweden en ik ben hier niet alleen. Dat is niet van mijn gewoonte, maar soms zijn mensen echt gek genoeg om met mij mee te gaan. Ik had er wel aan gedacht om eten mee te nemen voor één dag, kocht zelfs twee worstjes in een kiosk vooraleer ik met de nachttrein hierheen vertrok – maar dat was vooral omdat ik de avond tevoren nog les had gegeven over de Zweedse gewoonte om worstjes te kopen in een kiosk en omdat ik mijn cursisten daar graag meteen een foto van wou sturen. Twee dagen zijn lang en de worstjes zijn op. We hebben enkel nog een halve appel en een ei, en wat erger is: er is hier zelfs geen koffie.

Het meer waaraan het huisje staat heet ‘Varuträset’, letterlijk ‘Het moeras van de (handels)waren’, maar veel handel wordt er hier niet gedreven en ik heb moeite om me voor te stellen dat dat hier ooit anders is geweest. Groenland werd ook Groenland genoemd omdat ‘nog meer ijs dan IJsland’ qua naam niet bepaald aanlokkelijk klonk. Al weet ik niet of het Moeras van de Handelswaren nu net aanlokkelijk klinkt of niet. Hoe dan ook: eventuele handelswaren proberen opdiepen uit het moeras is zelfs geen optie want het meer is dichtgevroren. Ik kan het weten want gisteren liepen we er helemaal overheen.

Toen waren we nog in de hoop dat we ergens een winkel zouden vinden of dat er dus een bus naar de stad zou zijn, anders hadden we onze krachten misschien minder verspeeld met over het bevroren Moeras van de Handelswaren te wandelen, wetende dat er ons nog een dag wachtte met enkel een halve appel en een ei. We hadden ook effectief een veelbelovend bordje gezien met een pijl op en ‘boerderijwinkel’, zelfs ‘café’. Het vorige bordje met ‘café’ dat we hadden gezien op weg hiernaartoe, stond weliswaar vóór een houten hut zonder ramen en deuren en met enkel brandhout en een paar bevroren en besneeuwde tafels in, dus ik kan niet zeggen dat onze verwachtingen bij dit bordje echt hoog gespannen waren, maar anderzijds kon het toch al bijna niet slechter dan dat. Het café waar het bordje van vandaag ons naartoe bracht, had wel degelijk zowel tafels als stoelen, zelfs sfeerverlichting en ramen en deuren, maar het zag er daardoor misschien wel nog meer gesloten uit dan dat van gisteren, want er ontbrak een voor een open café na de late middag in Noord-Zweden nochtans essentieel element: brandend licht. Van de boerderijwinkel ook geen spoor, maar in het aan het café palende huis leek er wel wat te bewegen. Het was een man. ‘Hij heeft ons gezien, hij komt naar buiten!’, zei mijn gezel, dus we spurtten door de kniehoge sneeuw naar de inkom van het huis en net toen we daar aankwamen opende er inderdaad iemand de deur …in onderbroek. Ik begon er enigszins aan te twijfelen of hij ons effectief had gezien en net dáárom naar buiten was gekomen, maar ik had mijn mond al opengedaan om te beginnen praten vooraleer ik had gezien dat hij geen kleren aanhad, dus dacht mijn zin nu toch maar af te maken en zei ‘Goeiedag! Wij wouden graag iets eten of drinken in uw café maar ….het ziet er hier precies niet open uit?’. De man in onderbroek antwoordde verbazingwekkend beleefd voor de situatie waarin hij zich opeens bevond, maar het was dan ook een Zweed. Zijn antwoord kwam zelfs zodánig natuurlijk dat ik vervolgens even vergat dat het daarbuiten maximaal min tien was, mijn vingers al half bevroren waren in twee paar handschoenen en dat de man niets meer aanhad dan zijn onderbroek, dus ik dacht ook nog even te vragen of die boerderijwinkel hier soms in de buurt was. We waren immers al een halve dag op stap en veel andere mensen hadden we hier nog niet gezien. Veel andere huizen eigenlijk ook niet. Bij nader inzien zelfs geeneen. Ik kan me ook wel voorstellen dat het ook al los van de pandemische situatie geen winstgevende affaire zou zijn geweest om een boerderijwinkel open te houden in een godvergeten gat aan een meer dat genoemd is naar een moeras en waar op een gewone weekdag zelfs geen bus stopt, maar ik wou toch graag nog even informeren naar of de boerderijwinkel dan van plan was om één dezer eens even open te gaan misschien, want we hadden wel echt honger. De beleefde maar nog steeds behoorlijk naakte man gooide verschillende variaties op ‘gesloten’ en ‘niet open’ en ‘zal ook niet open gaan’ in een redelijk gefragmenteerde zin en ik zag in gedachten ijskristallen op zijn lippen verschijnen. In Zweden moet je meestal een beetje tussen de regels lezen en ik ben daar niet altijd even goed in, dus hoewel ik hem niets heb horen uiten dat leek op “laat mij gerust, ik bevries!” bedankte ik hem vriendelijk, wenste hem verder nog een prettige dag en draaide me om zodat hij eindelijk de handeling zou kunnen uitvoeren waarom hij hier om stipt 16u in enkel een onderbroek zijn huis uit was gekomen.

Wij zetten onze tocht ook verder, maar meer dan een verlaten sauna naast het meer dat naar een moeras was genoemd, vonden we niet. Overigens wel de meest idyllische sauna ooit, en even dachten we in de nabije verte ook een naakte vrouw te ontwaren, maar die bleek van dichterbij bekeken -iets minder sfeervol- een halve plastieken paspop in bikini. Ik besloot te telefoneren naar de man van wie we het huisje huurden met de vraag of we van hem soms wat eten konden overkopen, want we hadden honger en vooralsnog enkel twee gesloten cafés, een bijna-naakte man en een paspop in bikini ontmoet. Helaas, zei hij, iets in huis had hij zelf ook niet, maar toen ik zei dat we zelfs geen koffie hadden, mochten we die natuurlijk meteen komen halen. Ik leer aan mijn cursisten dat het knäckebröd, hard Zweeds brood, is ontstaan omdat er volgens een oude Zweeds traditie altijd brood op tafel moest staan voor onverwachte gasten, maar dat er in het noorden zelden onverwachte gasten kwamen en dat het geen idee was om wekelijks een hard geworden vers brood weg te gooien. Dus dat ze dan maar brood zijn beginnen maken dat van in den beginne al hard was en dus niet harder kon worden dan het al was, zelfs niet na vijf jaar op tafel te staan wachten op een onverwachte gast. Ik vroeg dus aan onze huisbaas of hij soms ook een harde boterham had, enigszins vertwijfeld, want wat moest ik aanvangen met mijn knäckebrödverhaal als hij nu “nee” zou zeggen? Maar hij zei “uiteraard, ja” en ik kreeg er zelfs twee. Ik vroeg mij wel vaag af wat voor definitie de man dan verder van voedsel had want "hij had dus echt niets in huis” maar we kregen er ook nog een plak kaas en twee pruimen bovenop. Verder vertelde hij dat er wél bussen naar de stad zijn, ik keek gewoon al de hele tijd op de verkeerde app.

In Zweden is het blijkbaar zo dat elke provincie zijn eigen app heeft voor het openbaar vervoer. Nu goed, in Noord-Zweden is iedere provincie ook ongeveer even groot als half België, maar dan nog is het mij hier niet altijd duidelijk in welke provincie ik mij precies bevind, aangezien er (gelukkig) wel bussen over de provinciegrenzen heen rijden en ik behoorlijk nomadisch van aard ben. Hoe dan ook toonde de app van de juiste provincie ons dat er inderdaad bussen naar de stad zijn, namelijk één om het uur. Het einde van onze hongersnood was met andere woorden in zicht, maar intussen was het al te laat om nog een bus te halen die in de stad aankwam vóór de winkels sluiten en morgen moet ik een digitale les geven over (de crisissen) van August Strindberg, opium en absint, vrouwenhaat en droomtheater van 11.30 tot 14.15. Vóór de les naar de stad gaan ging niet lukken, dus we hielden ons tot 14.15 in leven met koffie, twee plakken hard brood, wat kaas en twee pruimen en spurtten van zodra ik “tack för idag” had gezegd gelijk twee bezeten gekken bijna 3km door de kniehoge sneeuw om de bus van 14.54 te halen. Altijd bevreemdend trouwens om in het donker langs een donkere brede weg te staan wachten tot er zich ergens een teken van leven aftekent, om dan exact op het voorspelde uur van de bus twee grote koplampen te zien opdoemen uit de duisternis. Ik zeg tegen chauffeur: “wij gaan naar Skellefteå”. Hij antwoordt “ha, ik ook” maar verkoopt ons geen ticket dus we gaan gewoon zitten.

In Skellefteå is er een supermarkt en een Thais restaurant. En ook een shoppingcentrum waar ik op nog geen half uur tijd alle dingen vond die ik in België al sinds maart probeer te bemachtigen, namelijk een beschermhoesje voor mijn gsm en draadloze oortjes. En bijna ook een nieuw lief, maar toen de winkelier me aansprak met de woorden “Dag Joksie, ik heb u gisteren gesuperliked op Tinder, wat doe je vanavond?” was ik te verbouwereerd om meer uit te brengen dan “ETEN!” terwijl ik achterwaarts zijn winkel uit schuifelde.

Bij de Thai bestelden we een portie groene curry en een portie gele curry en ook een bord met wok. De vrouw vroeg drie keer of we goed begrepen hadden dat we drie hoofdgerechten bestelden want we waren precies maar met twee. We knikten hongerig dat we wisten waar we aan begonnen waren, en kregen eerst een groene curry en dan en gele curry en iets later ook een bord met wok, elk met een bijhorende grote portie rijst. We begonnen aan onze groene curry en gele curry en toen die op waren, waren we precies toch voldaan. Dus ik ging vragen aan de vrouw of we soms een zakje konden krijgen om de wok mee naar huis te nemen. Niks raars aan, morgen is er immers nog een dag zonder eten in ons hutje aan het moerasmeer van de -voormalige- de handelswaren. Terwijl ik de vrouw zo vriendelijk mogelijk bedankte, zag ik een bericht binnenkomen op instagram van de gast die hier om de hoek in die winkel werkt. Ik had geen tijd om mij af te vragen hoe ongepast ik dat vond, want door naar mijn gsm te kijken zag ik ook hoe laat het al was + dankzij de app van de juiste provincie ook het feit dat we ons, als we vandaag nog terug aan ons huisje naast het moerasmeer van de handelswaren wouden geraken, al hard moesten haasten naar de laatste bus. Dus we haastten ons hard naar de laatste bus, zeiden daar dat we naar het Moerasmeer van de Handelswaren wouden en betaalden deze keer wel. Van de bushalte bij het café zonder ramen is het drie donkere kilometers stappen naar het huisje en tegen dat we daar waren was het al laat. We maakten nog wat tekeningen met licht in de lucht met onze camera’s op lange sluitertijd en terwijl onze vingers vastvroren aan de sluiterknop, verlekkerden we ons op de warme Thaise wok in de zak van de vrouw. Tot we beseften dat we die tussen het instagrambericht en de haast voor de bus natuurlijk op de tafel van de Thai hadden laten staan. Ik ben zodanig tegen voedselverspilling dat ik nog overwoog om een instagrambericht terug te sturen naar mijn nieuwe aanbidder met de boodschap dat er een Thaise wok op hem stond te wachten, maar toen ik instagram opende, zag ik dat ik in de haast naar de laatste bus blijkbaar per ongeluk “zwemmen?” had getypt en dat vond ik een te goeie afsluiter om verder nog actie te ondernemen.


 
 
 

Recente blogposts

Alles weergeven

#8 De Realiteit

De mensen zeggen dat reizen wegvluchten is van de realiteit. Ik snap dat niet, hier is er toch ook een realiteit? Ik ben hier even reëel...

#7 Zwarte Zee en vertebraten

Ik zit aan de Zwarte Zee naar golven, vuurwerk, bliksem, vissen, rotsen en regenbogen te kijken, bijna zo ver weg van huis als je binnen...

Comments


To order pictures in print, click on the pictures to enlarge, and then 'order'.

Om afgedrukte foto's te bestellen, klik op de foto en dan op 'order'.

Lopende tentoonstelling:

Voyage dans le grand blanc

pre-order book now

joksie@gmail.com       Tel: 32 486/543.792

  • Facebook Basic Black
  • Black Instagram Icon

© joksie

bottom of page